10 dagen in het paradijs, 1 dag in het riool
Door: tomroth
Blijf op de hoogte en volg Tom
23 Februari 2012 | Indonesië, Balikpapan
Na 10 geweldige dagen in Kutai NP en 1 minder geweldige dag in Samarinda ben ik weer terug waar het allemaal begonnen is, Balikpapan! Dat betekent, na 10 dagen praktisch zonder telefonisch netwerk geleefd te hebben, dat ik eindelijk weer internet heb! Dus bij deze mijn belevingen.
Zondag 12 februari heb ikd e eerste bus vanuit Bontang naar Sangatta genomen. Bus is een wat groot woord, het was meer een veredeld bestelbusje. Ook over deze busreis valt weer het een en ander te vertellen, maar dat laak ik deze keer even achter wegen, want er is een heleboel anders te vertellen!
Ik werd bij de busterminal in Sangatta opgewacht door een chauffeur die me naar de rivier zou brengen. De weg naar de rivier was onverhard, ds het was nogal een vervelende rit, maar na een uur kwam ik dan eindelijk bij de rivier aan, waar Anne me op kwam halen met de boot, samen met twee rangers. Het kamp is een kwartiertje varen met de boot en ligt helemaal afgelegen. Er komen nooit toeristen in dit deel en ook maar weinig studenten en wetenschappers krijgen toegang tot dit deel van het Kutai NP. Toen ik dat hoorde besefte ik pas hoe bijzonder het was dat ik hier 10 dagen kon blijven!
Onderweg heeft Anne me het een en ander verteld over de tot stand koming van haar Research Camp en over de orang utans, die hier nog helemaal wild zijn. Niet semi-wild, of afhankelijk van mensen, maar 100% wild, omdat hier zo'n beperkt aantal mensen komt.
Ik heb eerst even wat gegeten en kennis gemaakt met de 7 rangers en Anne's field assistent. Daarna heb ik m'n spullen naar m'n kamer gebracht die ik deelde met Heru, de jongste ranger (21 jaar). 's Middags zijn we meteen het bos ingegaan met z'n vijfen om orang utans te zoeken, of sporen van orang utans. De apen zelf lieten zich helaas nog niet zien, maar wel vonden we veel nesten en etensresten.
Vanwegen de hoge luchtvochtigheid en de hitte ben ik standaard aan de paracetamol gegaan en heb extra water gedronken met rehydratatiezout erin. Anne had me namelijk gewaarschuwd dat ze wel een mensen had zien flauwvallen die nog niet helemaal geacclimatiseerd waren, maar gelukkig is dat mij niet overkomen.
De tweede dag heb ik nog even rustig aan gedaan om te acclimatiseren. Een groep was al om 4 uur 's ochtends vertrokken om orang utans te zoeken, en met succes! Vlakbij het kamp vonden ze een jong mannetje, dus ook de andere rangers en ik zijn meteen die kant opgegaan. De orang utan zat rustig te eten en trok zich niet teveel aan van ons, hoewel hij het ook niet erg fijn vond om zo bekeken te worden. Ik heb geprobeerd om foto's te maken, maar ik mocht niet flitsen, want dat schrikt ze af, en de orang utan bewoog constant, dus dat was redelijk moeilijk.
De twee dagen die volgden waren hele lange dagen. 's Ochtends om 4 uur opstaan, snel ontbijten en meteen het bos in om de orang utan te observeren. Door telkens te wachten tot de orang utan z'n avondnest heeft gebouwd, kan je hem elke dag blijven volgen, maar als hij er echt genoeg van heeft, is ie zo weg. Dat klimt hij gewoon naar wat dichterbegroeid gebied, richting een steile klif of richting een rivier. Kortom, allemaal plekken die voor ons, op de grond, moeilijk begaanbaar zijn. Ook is het observeren niet zo ongevaarlijk als je zou denken. Ik had het zelf ook niet verwacht, maar je kan in redelijk benarde situaties terecht komen. Er zijn totaal geen paden, en dat is ook logisch, aangezien de orang utans zich niet aan de paden op de grond houden, maar hun eigen paden in de boom hebben. Je moet je weg dus door de struiken slaan, terwijl je ondertussen wordt aangevallen door bloedzuigers, heel veel muggen (hoeveel DEET je ook gebruikt) en af en toe een flinke doorn in je hand krijgt of struikelt over een boomstronk. Kutai is ook zo bijzonder vanwegen z'n hoogteverschillen. Van noord naar zuid is het een op-af-op-af patroon, en dat geldt ook voor oost naar west, waardoor je af en toe opeens enorme hoogteverschillen en kliffen hebt, die je toch af zal moeten. Dit doe je door te glijden, want het is een modderige bende, of af en toe laat je je via een touw naar beneden zakken. Vooral in de regen is het af en toe heel erg eng, zelfs met de nodige bergwandel-ervaring.
Het mooiste moment was toen ik recht in de ogen werd gekeken door de orang utan. Echt vol in de ogen. En het mooie is dat je aan z'n blik ziet dat hij je niet bij zich in de buurt wil hebben. Anne zei later dat hij zich wel eens specifiek op mij gericht zou kunnen hebben omdat ik blank was, en de orang utans voornamelijk de Indonesische rangers zien (ja, ze hebben een enorm goed geheugen en zijn heel slim!).
Over hun slimheid gesproken, orang utans weten precies hoe alles in elkaar steekt. Vooral gerehabiliteerde orang utans snappen goed waarmee ze mensen bang kunnen maken en weten dus precies hoe ze hun zin moeten krijgen. Door bijvoorbeeld iets af te pakken van mensen (camera, mobiel etc) kunnen ze een beloning krijgen om het voorwerp terug te geven. Ze wachten net zo lang tot het mens de grootste beloning geeft, bijvoorbeeld een tros bananen of een flesje frisdrank, en dan pas geven ze het gestolen voorwerp terug. Men onderschat orang utans zwaar. Het schijnt ook dat orang utans vaak niet in dezelfde boom slapen als waar ze in gegeten hebben. Dat klinkt misschien niet heel bijzonder, maar toont ook een soort vorm van ' manieren' aan. Wij slapen tenslotte ook niet op de eettafel. Ze maken alleen uitzonderingen als het hoogseizoen is en ze zich helemaal vol eten met vruchten. Dan hebben ze geen zin meer om een andere boom te zoeken.
Anne vertelde me een verhaal over een rehabilitatieproject waar ze onderzoek had gedaan. Een van de rangers maakte expres een geluid met een plastic zakje, een geluid wat de orang utans daar associeren met voedertijd (ze kregen altijd bananen uit een plastic zak). Een orang utan kwam dus op het geluid af, maar de man liet de lege zak zien. De orang utan wierp hem een boze blik toe, klom in de boom ernaast, wandelde naar een tak precies boven zijn hoofd en, je ziet 'm al aankomen, liet haar uitwerpselen precies op de grappenmaker z'n hoofd vallen. Ze weten precies hoe ze ons terug kunnen pakken, dus onderschat ze nooit!
Aan het eind van de tweede dag dat we de orang utan volgen begon het ongelofelijk te regenen en het ging dwars door m'n regenjas heen. M'n lichaam reageerde daar niet zo goed op en ik verzwikte m'n enkel bij de wandeling terug naar het kamp, dus de 2 dagen erna heb ik Anne geholpen met dataverwerking en GPS-paden natrekken. De observaties worden allemaal in de computer gezet (wat eten ze, hoe lang eten ze, in welke boom rusten ze uit, sociale activiteiten etc) en Anne kijkt of ze daar patronen in kan vinden. Ook in de GPS-route kan ze patronen vinden. Ze wil bijvoorbeeld aantonen dat orang utans ook een sort 'snelwegen' hebben, routes tussen bepaalde bomen die ze vaak gebruiken.
Ook heb ik geholpen bij ecologisch onderzoek: tellen hoeveel bomen er fruit dragen. Dit kan Anne weer vergelijken met het migratiepatroon van de orang utans en de relatie tussen migratie en aanwezigheid van voedsel. Daarna hebben we controle onderzoek gedaan. Niet het interessantste deel, maar wel belangrijk. Iets anders dat Anne wil aantonen, is dat orang utans hun wegen uitkiezen op vruchtbaarheid van de omgeving en dat ze dus altijd de 'beste' route kiezen. Om dit te bewijzen doet Anne een controle telling van planten en vruchten op een standaard afstand van het originele pad van de orang utan, en daar komt bijna altijd uit dat op de route van de orang utan meer planten en bomen staan en meer planten en bomen in bloei staan.
De dagen hierna heb ik nog een orang utan gezien, een nieuw vrouwtje. Deze orang utan vond het alleen niet zo leuk om gevolgd te worden, dus het was voornamelijk achter haar aan rennen, en af en toe een pauze als ze zat te eten. De andere dagen ben ik het oerwoud wel ingeweest, maar niet meer van die lange dagen gemaakt van 14 uur, want ik merkte dat mijn lichaam dat niet meer trok. Helaas heb ik dus geen orang utans meer gezien de laatste dagen, maar wel een heleboel andere mooie dieren. Makeken, prachtige vlinders, rivierhagedissen, herten, zwijntjes en ook heel veel bloedzuigers. Af en toe lijkt het echt alsof je in oorlogsgebied geweest bent. Het is een heel klein wondje, maar het blijft maar bloeden en je kleren zien echt rood van het bloed, als ze al niet bruin van de modder zijn. Ik ben blij dat ik een paar kaplaarzen kon lenen van Anne, want zonder die laarzen had ik het niet gered daar! Af en toe sta je tot je enkels in de modder, dus dan zijn palediums niet perfect.
Gisterochtend ben ik teruggegaan naar Samarinda, na 10 geweldige dagen. Toch wel weer even wennen om helemaal in m'n eentje te zijn. Ik heb geen tussenstop in Bontang gemaakt zoals op de heenweg, maar ben meteen naar Samarinda doorgereden voor 1 nachtje. Een slapeloos nachtje, want er zaten vlooien in m'n matras. En nu ben ik weer terug in Balikpapan voor 3 daagjes. Even uitrusten. Ik heb vandaag twee vliegtickets gekocht, dus alles is nu geregeld!
Ik ga zometeen een lekker hapje eten en dan eindelijk weer eens in een lekker bed slapen!
Groetjes
Tom
En voor iedereen die de slechte foto's wilt zien:
https://picasaweb.google.com/118329567883759252422?authkey=Gv1sRgCPb6qduDttq6kwE
Ook de foto's van bontang en samarinda heb ik er eindelijk op kunnen zetten.
Het beste beeldmateriaal van de orang utan is het filmpje dat ik heb gemaakt!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley